In de winkel van A Fish named Fred in The Mall of the Netherlands (bij de Zara naar rechts) staan ze schouder aan schouder bij de toonbank, Rob Schalker (56) founder van het speelse en eigenzinnige kledingmerk en zijn zoon Boris (18) die regelmatig in de winkel staat. Hij combineert zijn e-commerce werk op het hoofdkantoor in Lijnden met de studie ondernemerschap en retail management aan de Haagse Hogeschool. Zo jong als hij is, weet hij nu al dat hij op een dag, net als zijn vader, op eigen benen wil staan. Maar voor het zover is, heeft hij ervaring nodig. Veel ervaring. “Hier kan ik nog zoveel leren.”
Enthousiasme
Ruim tien jaar geleden bedacht Rob het merk of in meer hedendaags jargon, “lifestyle brand” dat nu in ruim 1500 winkels in 35 landen wordt verkocht. Het merk dat ze allebei liefkozend afkorten tot Fred, bestaat niet alleen uit kleding, maar vertelt vooral een verhaal. Een verhaal dat wil prikkelen en amuseren. Rob :”Waar het om gaat, is dat je de klant moet entertainen.” En dat lukt aardig. Daarbij wordt Fred geholpen door de collectie (twee per jaar) die steeds een herkenbaar thema heeft.
Het thema van de huidige collectie is Italië, “La Dolche Fretta.” Waarbij ongeveer alles uit de kast wordt gehaald. Bij wijze van illustratie laat Rob het motiefje van een oleander zien op de overhemden. Op de toonbank staat een voor de gelegenheid geproduceerde fles Limoncello en verderop liggen de handdoeken in Italiaanse kleuren. Tel daarbij op dat enige tientallen BN’ers door Fred worden gekleed (Rob :”Ik denk alles bij elkaar zo’n 60”) die er voor zorgen dat de herkenbare stijl van Fred (met het vishaakje op de revers van het colbert) vrijwel dagelijks op televisie te zien is. Met jongensachtig enthousiasme zegt Boris :”Als je Fred eenmaal kent, zie je hem overal.”
Mannen
Echte concurrentie hebben ze niet. “Dat klopt, wij zijn als merk niet inwisselbaar.” Rob stelt dat je bij de meeste merken eerst het logo moet zien voor je weet wat het merk is. “Wat bij ons niet nodig is.” Vol overtuiging slaat hij bij iedere collectie nieuwe wegen in. “Ik denk dat het levensgevaarlijk is om op safe te spelen.”
Over de klanten zegt Rob : “We maken kleding voor alle mannen van welke leeftijd en achtergrond dan ook.” Wat ze gemeen hebben :” Attitude. Ze vinden het leuk om zich een klein beetje uitgesproken te kleden.”
Boris groeide op met het merk. “Als kleine jongen hielp ik al mee met de sample sale en op mijn vijftiende stond ik in de winkel in Amsterdam.” Het voelt dan ook eigen nu, al ziet hij op de werkvloer zijn vader vooral als de directeur. “Ik zeg hier ook geen pap tegen hem.”
Is Rob tevreden over de samenwerking? Met een grote glimlach :“Boris weet altijd precies wat ik bedoel. Ik hoef nooit iets uit aan hem te leggen. Dat is reuze fijn. Maar los daarvan, hoe gaaf is het om met je zoon samen te werken.”
